Shall we play a game?

Shall we play a game?

Shall we play a game?

Da’s een quote uit de film ‘WarGames’ uit 1983, uitgesproken door een supercomputer genaamd WOPR. De tiener die inbreekt in die computer heeft niet door dat WOPR het ‘War Operation Plan Response’ systeem is, een kunstmatig intelligent systeem dat is aangesloten op de nucleaire systemen van Defensie. De tiener start het spel ‘wereldwijde kernoorlog’. Oeps. Want echt. Spoiler alert: uiteindelijk gaat het allemaal nét goed.

 

Kunstmatige intelligentie moet je wel verstandig gebruiken

Moraal van de film: kunstmatige intelligentie moet je wel verstandig gebruiken. Tegenwoordig hebben we ChatGTP en allerlei afgeleide programma’s. Heel handig om een scriptie te laten schrijven. Spoiler alert: dit soort programma’s zijn niet echt intelligent. Ze gebruiken bestaande teksten die ze vinden op internet en hebben voldoende kennis van taal om daar een nieuwe tekst van te maken. Maar ze hebben geen benul waar ze over schrijven. En veel teksten op het internet gaan over gezonde, sterke, blanke mannen van middelbare leeftijd die Engels spreken. Drie keer raden waar die geproduceerde teksten over gaan.

In de zorg

Kunstmatige intelligentie wordt ook steeds meer toegepast in de zorg. Heel handig: geef de oudjes een ‘levende’ knuffel-zeehond en ze zijn rustig. Kan je weer een paar verpleegstertjes ontslaan. Of je geeft een zorgrobot als opdracht dat bewoners minder moeten ronddolen door het verpleeghuis. Duurt maar even en zo’n robot ontdekt dat morfine een mens fijn rustig maakt. Die vertelt dat aan z’n robot-vriendjes en voordat je het weet is het heel stil. Hopen dat ze op tijd leren dat ze niet te veel moeten toedienen.

Mijn nieuwe rolstoel

Mijn nieuwe elektrische rolstoel heeft ook een app (spoiler alert: ik heb ‘m nog niet, een jaar geleden besteld, oeps). Heel handig, zo’n app, kan je hem van alles mee laten doen. Zou hij ook kunstmatig intelligent zijn? Mij dus waarschuwen als ik verderop die paar treden naar beneden niet zie? Mijn huidige rolstoel waarschuwt daar niet voor. En dus donderde ik laatst scheef van zo’n trapje af. Oeps.

Slim

Die nieuwe rolstoel is vast heel slim. En leert dus ook mijn gemiddelde rijpatroon. Da’s ‘standje turbo’. Want langzaam kan altijd nog. Ik zit tegenwoordig op een kantoor met allemaal van die glazen wanden. Ziet er mooi uit. Maar die nieuwe slimme rolstoel zet misschien ook wel direct de turbo erop, als ik alleen maar even wil bijdraaien om m’n koffie van tafel te pakken. En die nieuwe is echt heel sterk. Veel sterker dan zo’n glazen wand. Oeps.

Serious games

Games kunnen ook heel nuttig zijn in de zorg. En dan bedoel ik niet Bingo. Bejaarden hebben ook recht om met respect behandeld te worden. Nee, ik bedoel ‘serious games’. Voorbeeld. Het is goed om je balans te trainen. Want als je stevig staat, val je minder snel om. Je kan een fysiotherapeut vragen voor ‘valpreventie-balanstraining’, maar da’s saai. Schaatsen is veel leuker. Vooral als je het gewoon thuis kan doen. Zonder dat je de woonkamer hoeft nat te spuiten en vervolgens te bevriezen. Kan wel, hoeft niet. Beter: men neme een spelletjescomputer met Kinect of Wii en een groepje ICT’ers. Laat ze een mooi winterlandschap programmeren met mooie bevroren kanalen. Met schaatsers, eentje ben jij. En als je dan voor je TV gaat staan, dan ziet dat programma jou bewegen – en zet dat om in schaatsbewegingen op het scherm. Je schaatst! Eerst een recht stuk, dan pootje over door de bocht, bukken onder een bruggetje door, uitrusten bij een koek & zopie tent. De Elfstedentocht in je woonkamer. En zonder dat je het doorhebt, ben je ondertussen heel goeie balanstraining aan het doen. Want die fysiotherapeut heeft die ICT’ers geholpen bij de ontwikkeling van die game. Een ‘exercise game’. Heel stoer ook wel een ‘exergame’ genoemd. Want stoer is het zeker.

Die foto hieronder is van het echte schaatsspel. Jazeker, geen science fiction. Zoals hetexergaming-project, een groot en langdurig project met universiteiten, bedrijven en revalidatiecentra. Met veel meer van dit soort exergames. Bijvoorbeeld bij herstel bij een nieuwe heup: spannend voetballen en penaltyschieten. In plaats van ‘rek en buig en rek en buig en nog een keer’ op pianomuziek.

 

Ander voorbeeld: kinderen met DCD zijn dermate onhandig dat ze altijd als laatste worden gekozen bij gymnastiek. En ondanks dat ze hun best doen, verliezen ze vrijwel altijd. En bewegen dus een stuk minder en worden dus ook niet beter in sport. Truuk: laat ze exergames doen, tegen een geduldige computer die altijd positief en optimistisch blijft. En af en toe wat door de vingers ziet, zodat ze ook kunnen winnen. Dan wordt het leuk om te doen. Wordt sport weer leuk. Ook geen science fiction: exergaming-voor-kinderen-met-motorische-beperkingen.

Omdenken

Het is een kwestie van omdenken. Iets verzinnen wat wél leuk is. En dan met een groepje gaan zitten om dat te gaan maken. Met de juiste mensen. Maar ook met diegenen waar het over gaat. Want: niet over ons, zonder ons!

Het blijkt dat we hier in Nederland zelfs best goed in zijn. Noord-Nederland heeft zelfs meerdere keren Europese prijzen gekregen voor innovaties in ‘independent living’. Dat is dat je jezelf zo lang mogelijk alleen kan redden. Onafhankelijk kan blijven. Met wat techniek en hulpmiddelen. Zoals je ook hier op deze site van Scouters kan vinden.

 

Geen science fiction

Die prijzen zijn ook geen science fiction trouwens. Kijk maar eens op www.APRIL-NNL.eu. Dat schaatsspel is ook echt gemaakt en gebruikt, die exergames voor DCD-kids ook. Ik kan het weten, want ik was ICT-architect bij al die voorbeelden en sites. Het kan dus wel. Alles kan. Nou ja, bijna alles. Gewoon brutaalweg hardop zeggen wat je wilt. En dan net zo lang van het kastje naar de muur heen en weer stuiteren tot je iemand hebt gevonden die zegt ‘maar dat is er al wel, kijk maar eens hier’. Of zegt ‘dat kan ik wel maken’. Of, nog beter: ‘dat is een gat in de markt!’. Gewoon verder denken dan je neus lang is. En omdenken