Wat heb ik nou aan m’n stoel hangen?

Wat heb ik nou aan m’n stoel hangen?

Wat heb ik nou aan m’n stoel hangen?

Ja, letterlijk. Gebeurt regelmatig. Dan neem ik een bocht een beetje te krap en hoor achter mij iets ratelen – iets dat ik in die bocht heb opgepikt en nu op sleeptouw heb. Zoals een plant. Of een voeding van een laptop. Of die laptop. Dat laatste is mij gelukkig nog nooit gebeurd. Maar als ICT’er ben ik altijd wel omringd door dingen-met-snoeren, en je merkt het pas als het te laat is. Net zo: omdat ik in een ligrolstoel zit, zie ik ook niet alles vlak voor en achter mij op de grond. Zoals een prullenbak (oh, da’s jammer). Of een laptoptas (da’s zeker jammer).

Autonomie

Autonomie is erg belangrijk. Op mijn elektrische ligrolstoel zitten heel veel snufjes. Zoveel dat ik mij inmiddels overal red. Niemand hoeft zich voor mij aan te passen. Ik zeg dus ook nooit vooraf dat ik in een rolstoel zit. Is niet nodig, ik red me wel. Je ziet ze soms alleen schrikken. Is niet erg, ik zeg daarna gewoon ‘boe!’. Of ze zeggen ‘die ligt er lekker lui bij!’. Dan zeg ik: ‘inderdaad, het grote voordeel is dat ik m’n ogen kan dichtdoen als de lezing niet spannend is’.  Nooit meer een saaie lezing.

Bekerhouder

Voorbeeld van een handig snufje: een bekerhouder. Twee bekerhouders eigenlijk, zodat ik ook voor iemand anders koffie kan halen. Dat laatste is erg belangrijk. Ik ben vaak net een klein kind: selluf doen! Serieus genomen worden is erg belangrijk. De bediening van mijn rolstoel zit links, zodat ik met uitgestoken rechter hand naar iemand toe kan gaan.

Grote paraplu

Waardigheid is ook erg belangrijk. In mijn stoel heb ik daarom een paraplu ingebouwd. Geen gewone, maar een romantische. Eentje waar je met z’n tweeën onder kan. Die gebruik ik een kwartslag gedraaid, dus in de lengte, zodat ik in m’n lighouding toch helemaal droog blijf. Want groot oppervlak = veel nat = m’n colbert ziet er niet uit. En natte rugleuning = hele dag vervelend. Dus ook bij miezerweer: grote plu! Valt wel op, dat klopt. Dat komt omdat het anders is en da’s leuk.

Gereedschap mee

Handigheid is ook belangrijk. Want vanwege de wet van Murphy gaan dingen altijd op het meest ongunstige moment stuk. En iedereen is meestal vriendelijk, maar niemand heeft een inbussleutel op zak. Of een stukje klittenband. Dus heb ik twee zakjes met gereedschap ingebouwd in m’n rolstoel.

Voorbereid op pad

Overeind blijven is ook belangrijk. Ook in mijn ligrolstoel. Dus heb ik altijd een setje medicijnen mee, want vergaderingen lopen uit of worden ad hoc bijgepland. Ik heb ook een wandelstok in m’n stoel ingebouwd. Da’s wel grappig: iedereen denkt altijd ‘rolstoel = nooit lopen’, maar da’s anders, voor veel rolstoelers. Alles is altijd anders met ‘ons soort’. Ik kan nog een beetje lopen, da’s heel handig als er geen ruim-toilet-met-beugels in de buurt is. En – zul je altijd zien – op zo’n moment begint iemand een praatje. Vriendelijk bedoeld, maar ik wil zo snel mogelijk weer in m’n stoel. Kijken ze je vreemd aan, ‘hoezo, je kunt toch lopen?’.

Niet alleen de gebaande paden

Zoveel mogelijk nog wél kunnen doen is ook belangrijk. De natuur is geweldig en inspirerend, dus je wilt het bos in. Natuurlijk zijn er hier en daar geasfalteerde fietspaadjes, maar echt door zand en over boomstronken heen is veel leuker. Vindt de hond ook, dus ik ook.

Mijn voertuig is een four-wheel drive. Ja ja, een echte. Hij komt uit Zwitserland en wil heel graag heuvels omhoog (soms ook als ik dat niet wil). Sinds ik een keer in het bos in mul zand bleef steken, heb ik nu achterop een tas met uitvouwbare rijplaten. Zo van: gebeurt me niet weer. En ik heb altijd extra zekeringen mee (joekels van 50 Ampère), want soms terg ik m’n stoel teveel en moet ik z’n hoofdzekering vervangen. En door.

Handige aanpassingen voor een ICT’er

Nuttig bezig kunnen is ook heel belangrijk. Ik ben ICT’er, dus mijn rolstoel heeft een doorzichtig opklapbaar tafeltje voor mijn laptop. En een USB-aansluiting om mijn smartphone op te laden. En een 12V aansluiting voor je-weet-maar-nooit. En een tas voor mijn laptop en snoeren. De mensen van RSR Revalidatie Service  zijn goud waard, die maken alles wat jij kan bedenken. Mijn laptop heeft een touchscreen. Omdat ik ver achterover zit-lig, is het laptoptafeltje scheef en zou een muis er afvallen. Voordeel van die hele combi is dat ik met draaiende laptop door de gang kan scheuren – ik ben veel sneller in de volgende vergaderkamer. Ook een mooi gezicht trouwens, die aan de kant springende mensen. Vroeger had ik ook zo’n ouderwetse knijptoeter op m’n rolstoel, maar daar schrokken mensen meer van dan van mijn rijstijl.

Anderen helpen?

Anderen kunnen helpen is ook belangrijk. Wat?! Een gehandicapte die anderen moet helpen? Jazeker, waarom niet. Ik heb bijvoorbeeld een AED in mijn rolstoel gebouwd. Omdat ik via mijn werk regelmatig in zorg-context kom. Niet als patiënt dus, maar als ICT-architect. Om te helpen. Ook om jou te helpen. Jazeker. Want ik ben geen ‘in-valide’, maar juist behoorlijk ‘valide’. In m’n werk en met al m’n flexibiliteit, optimisme en ervaring. Net als alle andere Scouters-lezers. Juist wij zijn extra sterk en hartstikke waardevol voor de maatschappij.

Doen wat je kan doen

Het is dus heel handig en zeker ook nuttig voor anderen, dat je veel aan je stoel hebt hangen. Vooral doen dus. Want dat helpt je om autonoom te zijn. Dan kan je dóór. Jij zelf. En dan kan je ook nog ’s anderen helpen. En door, en vlot ’n beetje. ‘Geen gezeur, iedereen deur’, da’s op z’n Gronings: nait soez’n, deurbroez’n!